Papua en Sulawesi

11 januari 2010 - Rantepao, Indonesië

 

Papua

Na zes uur lang gewacht te hebben in Sulawesi, geheel brak konden we eindelijk naar Papua….YES!!.  Om kwart over twee midden in de nacht vertrokken we, om drie driekwart uur later te landen in Papua-Sentani. De luchthaven is erg oud en klein, maar er is al een heel nieuw gedeelte gebouwd dus ze zijn goed bezig hier.  Tijdens het wachten op onze bagage kwamen we aan de praat met een luchthaven-porter (zeg maar sjouwer c.q. drager). Deze man met lollige kop (dikke lippen en rode tanden v/h pruimen) vroeg ons wat onze plannen waren. Na verteld te hebben dat we een trekking wilde maken en van alles wat wilden zien, gaf hij ons een visite-kaartje van een zekere Amos. Na onze bagage van de lopende band te hebben gehaald zijn we eerst een hotel gaan zoeken want we waren allebei brak en wilden.. rust! Het tweede hotel voldeed aan onze wensen en we hebben eventjes heerlijk geslapen. Laat in de middag kwamen we aan de praat met een Papuaan, die in hetzelfde hotel zat als wij. Deze halfbezopen man probeerde ons een soort in-elkaar-geflansde onduidelijke trekking aan te praten waarvan we beide genoeg kregen, waarna we hem vriendelijk hebben afgewimpeld. s’-Avonds hebben we Amos gebeld en gevraagd of hij de volgende ochtend kon komen met een plan voor een trekking van een dag of 10-11. ‘No problem’  was het antwoord en de volgende dag om 9 uur precies stond Amos er met de porter v/h vliegveld en nog een derde persoon. Amos is een vriendelijke gezette papuanees met een big smile en heeft wat meer geld te makken als de meerderheid. Bij Amos kregen we wel het gevoel dat er wat ‘organisatie’ achterzat aangezien hij verschillende flyers met trekkingen bij zich had en ook een trekking van 11 dagen had uitgewerkt op papier. Na wat te hebben onderhandeld wat deze trip moest gaan kosten zijn we akkoord gegaan. Hierna zijn we met Amos naar de bank gegaan en hebben we de helft v/d kosten betaald, deze waren nodig voor vliegtickets, een gids, eten tijdens de trip enz. De dag daarop zaten we 45 minuten lang in een 2-motorig propeller vliegtuig richting Wamena.  Onderweg zie je pas hoe groen Papua is, echt een en al bos, bergen met kronkelende rivieren ertussen, en vele zandpaden. Gewoonweg een zeer mooi gedeelte van Indonesie. Bij aankomst in Wamena stond onze gids Penius Kogoya ons al op te wachten. Na kennis te hebben gemaakt en onze bagage te hebben gepakt liepen we naar buiten en daar zagen we onze eerste… lulledoppie!  Hij kwam gelijk naar ons toe, pakte onze handen vast en lachte, waarna hij een gebaar maakte van ‘geef eens een sigaret’ en wil je een foto met mij dan wil ik wel wat geld. Aangezien we met onze gids waren hebben we alles vriendelijk geweigerd en zijn we bij het hotel om tafel gaan zitten om het een en ander door te praten. Het reisschema van Amos werd doorgesproken, ook de terugvlucht kwam ter sprake en aangezien we alles inclusief hadden afgesproken moest dit hier door Penius geregeld worden. Geen probleem, maar Penius had geen geld om de tickets te regelen dus moest dit door ons betaald worden. Gelukkig hadden we afgesproken om in 2 keer te betalen 1e gedeelte vooraf, 2e gedeelte na de trip, en zodoende hadden we er geen moeite mee dit geld te geven, maar wel even tekenen voor ontvangst. Ook kwamen de overnachtingen tijdens de trip ter sprake, als we in een tent (type treffentent) wilde slapen dan zou dit extra betaald moeten worden, terwijl we duidelijk hadden afgesproken ‘prices all including’ dus no way dat we daarvoor gaan betalen.  Zo begon het eigenlijk wat minder leuk, maar na een belletje met Amos was alles zo geregeld. s’-Middags zijn we samen met Penius naar de markt gegaan, hij had met de kok afgesproken om groente te kopen daar, maar de kok kwam niet opdagen. Na een half uurtje met Penius te hebben rondgelopen hebben we hem netjes afgewimpeld om zelf wat rond te lopen. Als toerist val je hier best wel op, echt iedereen zit je aan te staren, je voelt je gelijk een...superster. Als je een fototoestel pakt gaan er gelijk mensen achter je staan om mee te kijken wat er allemaal gebeurt op het schermpje van de camera, net alsof ze het voor het eerst zien. Dit vind ik moeilijk te behappen aangezien bijna iedereen hier een mobieltje heeft met camera dus…. Na de markt te hebben bezocht zijn we teruggelopen richting het hotel. Onderweg zijn we regelmatig kerststallen tegengekomen, en dat is toch wel apart hier.  De gemiddelde kerststal is voorzien van verlichting en van….. luidspeakers,  en daar kwam een soort trendy disco-kerstmuziek uit van normale kerstnummers maar dan met moderne beat, en dit zo hard mogelijk….man walgelijk!  Ook de moskee hier galmt geregeld, terwijl 95% katholiek is hier, maar dat terzijde. De volgende morgen op 20 december om 8uur vertrokken we. Tja, dan ga je met z’n tweeen een trekking maken en dan vertrek je….. met 8 man!!  Wij twee, een gids, een kok, en 4 porters om vooral het eten te dragen. Voor 9 dagen eten mee met 8 personen, dan moet je best wat meenemen, een v/d porters droeg onze bagage plus  tent, en de rest was er om het eten mee te zeulen. Voor 2 dagen bleef er eten in het hotel achter, omdat we de 9e dag met een auto langs het hotel zouden komen en dit dan konden oppikken.

Eigenlijk voelden we ons wel een beetje ‘snobberig’ , zo op reis met 6 slaven, net als in een oude film. Of beter gezegd ik voelde mezelf een beetje als ‘Indiana Jones’ en Marielle als ‘de vrouw van gorilla’s in the mist’ hmmm. s’-Morgens werden we opgehaald in een oude rotte mini-van van het merk Daihatsu (dat blijft maar lopen hier), met poortsluitingen op de deuren en een dak, zo laag, dat wij westerlingen niet eens rechtop kunnen zitten. Echt een rammelcar, met een gaar onderstel, maar dat kan ook niet anders met die wegen hier. Onderweg moest er nog even gestopt worden bij een lokale marktplaats waar er nog wat groente werd ingeslagen. De rit eindigde waar de weg er letterlijk mee ophield. Vijf jaar geleden lag er een brug over de rivier, deze is totaal weggespoeld, en nooit meer vervangen dus ‘einde rit’. Dit was het eerste opstakel van de trekking, de rivier stroomde hier erg hard en er lag een rond glad boomstammetje half scheef  naar beneden toe lopend tot over de eerste helft v/d rivier. Een paar van de porters liepen de ondiepe rivier in en hielpen mij mee om over te steken, maar voor Marielle zou dit niet werken, echt onhandig gestuntel. Gelukkig lag er en de verte een soort trap en kon Marielle zo redelijk gemakkelijk naar de overkant begeleid worden, waarna we de weg lopend vervolgde. Na een half uurtje gelopen te hebben kwamen we bij een militaire check-post waar we een kopie van een ‘surat-jalan’ moesten inleveren. Dit is een apart visum om bepaalde gebieden in te komen, zodat bekend is wie er zich allemaal bevinden bij geval van nood, dus voor je eigen veiligheid een goed ding. Hierna kruiste we de rivier nogmaals, maar nu over een degelijke hangbrug, om vervolgens op mooie smalle bergpaadjes uit te komen. We stegen langzaam en na een uurtje gelopen te hebben kreeg je al echte mooie uitzichten in de bergen, met de goed hoorbare razende rivier ver beneden. Onderweg kwamen we vele ronde en rechthoekige hutjes tegen, woningen van de lokale bevolking. De ronde hutjes zijn de woning, en de rechthoekige meestal ‘keuken’ of varkens-hok. Om een uur of 4 s’-middags kwamen we aan op de eindbestemming van de dag, een klein dorpje van zo’n 10 hutjes, een schoolgebouw en een kerk. Ook was er een ‘teacher-house’, en dit lijkt een beetje qua vorm op een normaal huis, alleen is de keuken gewoon een gat met kampvuur, en de enigste inrichting is een tafel met een paar stoelen. Hier hebben we ons avondeten gehad (met romantisch kaarslicht), waarna we een beetje hebben gekletst met Penius onder het genot van een theetje en koffie. Penius had van een dorpeling gehoord dat over 2 dagen de nieuwe grote kerk in Hitugi geopend zou worden, en vertelde ons dat dit gepaard zou gaan met een groot feest. Voor de opening zouden er veel mensen uit naburige dorpen komen met offers voor de nieuwe kerk, er worden veel varkens gedood en er wordt gekookt. Hierna hadden wij wel oren en we hebben de planning overhoop gegooid om dit te kunnen meemaken. Dit betekende wel dat er een gedeelte van de trekking zou worden overgeslagen, omdat we het desbetreffende dorp op de eerste dag, net na de hangbrug gepasseerd  waren. s’-Avonds voor het eerst heerlijk geslapen op een 1cm dik matras in het huis op de grond. De volgende ochtend ontbeten en toen teruggelopen naar Hitugi. Het eerste gedeelte over hetzelfde pad en het tweede gedeelte over een hoger gelegen paadje. Daar aangekomen hadden we een homestay bij een 2onder1kap huis, met de gehele crew. Na onze spullen gedumpt te hebben en ons riante matras met slaapzakken te hebben geïnstalleerd zijn we het dorpje gaan verkennen. Er stond inderdaad een nieuwe lelijke witte kerk met een blinkend blikken dak net buiten het dorp. Dit is overigens niet te vergelijken met een Nederlandse kerk, het is gewoon een rechthoekig gebouw met een dak, zonder bankjes whatsoever! Naast de kerk waren de dorpbewoners bezig met het voorbereiden van de grote opening, of moet ik zeggen slachting, aangezien er allemaal kookplaatsen werden gemaakt! Er lag een lange rij met hout (ongeveer 50m en 2m breed) bovenop stenen, en als dit wordt aangestoken krijg je hete stenen, die nodig zijn om het vlees te stomen. Rondom deze grote ‘steenoven’ werden allemaal gaten gegraven, dit zijn de gaarplaatsen om het varkentje te stomen. De volgende dag stonden we op  tijd op, zodat we zeker niks zouden missen. Je zag regelmatig groepen voorbijkomen met allerlei gebundelde bladeren bij zich, ze gedroegen zich uitbundig en maakte jodel/oer geluiden. We vonden het wel jammer dat de T-shirts en broeken al erg goed vertegenwoordigd zijn hier, en hebben tijdens de hele ceremonie dan ook maar 1 lulledopke en 1 aloha-rokske met koplampen (te laag afgesteld) gezien. Ook kwamen er kabaalmakende groepen langs die een of meerde varkens bij zich hadden. Deze werden ofwel hangend aan de voor- en achterpoten aan een grote stok vervoerd, of gewoon over de schouder gelegd en zo meegenomen. Eenmaal bij de kerk aangekomen werden ze warm onthaald door op en neer rennende en joulende vrouwen en mannen. Hierna werden de varkens aan een poot vastgebonden en begonnen ze tevreden te kwispelen en luieren, niet wetend dat dit hun eindpunt zou worden. Toen kwamen er opeens mannen met pijl en boog ten tonele, en wisten we dat het offeren niet meer lang op zich zou laten wachten. Er werd een varken opgetild tot schouderhoogte door een aantal man, waarna een schutter van 10 tot 20 cm afstand een bamboe-pijl in het varkens hart probeerde te schieten. De meeste pogingen mislukte waardoor het varken na het los te laten gewoon weg liep, soms enigszins versuft, dat dan wel. Het eerste varken dat goed geraakt werd begon te krijsen, te spartelen, en was in 30 seconden morsdood waarna iedereen begon te jodelen. Aparte manier om te gaan… zelfs voor een varken. In totaal werden er 110 varkens geofferd, deze werden geteld mbv het aantal afgesneden staartjes. Na het doden werden dus de staart, oren en daarna het haar verwijdert, wat er gewoon afgebrand werd met een brandbare vloeistof. Hierna werden de varkens ontleed en gingen de vrouwen alle ingewanden wassen in de nabijgelegen stromende rivier. Wij hadden ondertussen honger gekregen en besloten even een hapje te gaan eten bij onze homestay. Toen we een uurtje erna terugkwamen waren de kuilen gevuld met bladeren, en werden de varkens hierin gelegd met erboven en onder allerlei kruiden. Hierop werden weer bladeren en hete stenen gelegd, nog wat bladeren en daarna dik plastic. Laat dit geheel een paar uur stomen en klaar is kees! Het was echt gaaf om dit zo mee te maken, we kregen wat stukken vlees aangeboden, maar vonden het vlees echt heel vies smaken, puur vet.     

De volgende morgen zetten we dus onze trekking voort; hup weer in de benen!

Het was een gave trekking door ontzettend mooie natuur. We liepen van de ene berg naar de andere. Door bossen, over grintpaadjes, steil omhoog en weer omlaag, door jungle, over stenen muurtjes (afzettingen van landbouw), langs rivieren en langs steile afgronden. We hadden dus geregeld weidse uitzichten maar liepen ook midden in de jungle. Erg gaaf dus! Wel was het geregeld gevaarlijk; TE gevaarlijk! Zelfs Ronald vond het soms te link; hij slipte hier en daar weg en kon zichzelf nog net tegen houden door iets vast te pakken. Dit zou mij niet lukken en dus zou ik in dat geval “gegaan” zijn.  Maarja, eenmaal hieraan begonnen konden we ook niet meer terug! Zo was er de éénnalaatste dag een hangbrug die we over moesten. Toen ik deze brug zag vroeg ik meteen; is there no other way…? Nope, die was er niet! Het was een hangbrug aan stalen kabels met houten latten. De helft van de latten waren weg en/of rot en dus zaten er flinke gaten in  het looppad. De staalkabels waren in de hoogte d.m.v. lianen met elkaar verbonden en ook deze waren niet allemaal meer aanwezig. Daarbij hing de brug (of wat ervan over was) helemaal scheef (zie foto) en ging deze over een erg wilde rivier waar je echt niet in moest vallen wil je dit overleven. De porters waren de brug al lang over terwijl wij de brug nog steeds stonden te bekijken. Deze brug kon je echt niet over zonder je handen te gebruiken. Ik werd ook nog eens erg bang en een beetje paniekerig; haal maar een helikopter dacht ik! Ik scheet echt 7 kleuren stront!! Penius zag mijn angst en er werd me aangeboden om bij een porter op de rug te gaan terwijl hij over de brug heen loopt. No way…. dat ik dat ga doen! Het heeft een half uur geduurd voordat ik de moed had om aan de oversteek v/d brug te beginnen; en HOE….! We zijn met z´n 3-en tegelijk gegaan. Één v/d porterrs ging achterwaards voorop, dan ikzelf en Ronald liep achter mij. Ik had Ronald zijn riem om gedaan zodat hij mij continu hieraan vast kon houden. En zo gingen we stapje voor stapje over de brug heen. Eerst een voet verzetten, dan pakte de porter mijn hand zodat ik deze kon verzetten. Terwijl we nog op de brug stonden hoorden we een liaan knappen door het gewicht. Ronald zei ´doorlopen, doorlopen´ terwijl ik verstijfd stond van angst. Na een zetje van Ro zette ik dan toch weer mijn volgende stap. Pfff…………, akelig was het!! Deze 80 meter duurden zo´n 20 minuten. Wat was ik blij (en iedereen) dat we er overheen waren!! Mijn rikketik kon nu weer tot rust komen.

 

Het tempo vonden wij een beetje tegen vallen, meteen de 1e dag al vonden we het te langzaam gaan. Natuurlijk liepen wij op ons eigen tempo maar al snel liep de helft van onze groep achter ons. Bij een rustmoment moesten we eerst een kwartier wachten tot iedereen er was en dan namen ook de achterblijvers natuurlijk nog hun pauze. Dus op het moment dat we weer van start gingen waren we weer helemaal afgekoeld en moesten wij weer in vorm komen, wat vervelend was. Natuurlijk lopen zij met de bagage en deze is ook niet praktisch ingepakt. Wij, in het westen, hebben rugzakken die helemaal ingesteld kunnen worden op de rug v/d drager, maar hier zit de bagage gewoon in grote onhandige zakken die op de nek of op het hoofd gedragen worden. De meerderheid loopt ook nog eens op blote voeten dus even dachten we dat het voor hun gewoon te zwaar zou zijn. Belachelijk natuurlijk, want deze mannen zijn gewend om zo te lopen, en na een paar dagen  bleek dan ook dat ze ons makkelijk konden volgen. Het aantal loopuren werd hierdoor wel ingekort en soms kwamen we rond de middag al aan op plaats van bestemming. Dit vonden we op een gegeven moment echt te vroeg en zodoende hebben we op een gegeven moment de route van2 dagen in 1 dag gelopen.
Onze lunch werd in de buurt van een rivier gemaakt zodat er water gepakt kon worden om vervolgens te koken, of het eten werd s’morgens al gekookt om in de middag gewoon ergens op een paadje op te warmen. De kapmessen, die ze continu in de hand hadden, werden dan gebruikt om hout te kappen om een kampvuur te maken. Het avondeten werd tussen 6 en 7 uur s’avonds geserveerd. Het eten was goed en altijd te veel. Wel werd het een beetje eentonig; groentesoep, nudels, rijst, ham eieren en bief. De hele trip hebben we water, thee en koffie gedronken. Het was dan ook een genot toen we de éénnalaatste dag aankwamen bij het dorpje voor onze laatste overnachting. Ze hadden hier cola! Na 8 dagen eindelijk weer een frisje! WAT EEN GENOT!! Belachelijk eigenlijk…. Wat westers lekker!
De dorpjes waar we overnachten werden bewoond door “Dani-people”; één van de traditionele tribes hier en zijn alleen via de bergen te bereiken. Het is wel jammer…. want de traditionele kledingdracht gaat ook hier toch verloren. Vroeger liep iedereen hier standaard in zijn nakie. Nee hoor, de mannen dragen een peniskoker, verbonden aan een dun touwtje om hun middel zodat het niet gaat hangen, en de vrouwen liepen in een rieten rokje. Tegenwoordig loopt alleen de oudere en mannelijke generatie nog zo rond. Zoals Ronald in het 1e stuk al beschreef; de jongeren lopen gewoon in oude kleren rond. De Dani-people zijn erg vriendelijk. Kom je iemand tegen dan word je met een brede glimlach  begroet en geef je elkaar de hand. Je vraagt je alleen af wat deze mensen toch doen de hele dag. Natuurlijk verbouwen ze op hun grond met name sweet patatoes en groenten om zichzelf van eten te voorzien, maar dit is echt geen dagvullende taak. Je ziet ze dan ook vooral zitten NIKS doen. In de namiddag zie je de jongeren een potje voetbal spelen of muziek maken op hun zelfgemaakte houten gitaren. De dorpjes zijn vaak niet meer dan 8 rieten hutjes zonder inrichting. Zitten en slapen word gewoon op de grond gedaan. Wel zijn er vaak aparte keuken-hutjes ,deze zijn dan niet rond maar vierkant. Daarbij heeft ieder dorpje wel een kerk, yep ze zijn hier ook Christelijk! Raar is dat in bijna ieder dorpje waar we kwamen een nieuwe kerk gebouwd werd…….., dat worden nog heel wat ceremonies dan!!  Arme varkens!!!
Daar moet ik het dus ook nog over hebben. Het varken is hier in Papua een belangrijk dier. Alles word gevierd d.m.v. het slachten en eten van varkens zoals bovenaan beschreven bij de ceremonie. Een klein varken kost al 3 miljoen rupi’s en een vet varken kost maar liefst 25 miljoen rupi’s. (Jhahaa Maarten, dat zijn nog eens prijzen he!) Wij hebben 2 ceremonies gezien; 1 voor het vieren van de opening v/d kerk en een andere omdat iemand gestorven was. En zo word alles dus aangegrepen om varkens te killen! Wat dus mee viel was het kerstfeest. Toen we op 1e kerstdag aankwamen bij het dorpje waar we zouden overnachten waren de mensen aan het dansen. Er werden geen varkens geslacht (dit was waarschijnlijk de voorgaande dag al gebeurd) maar er werd gezongen en  gedanst. De mensen stonden in een kringetje en draaiden om elkaar heen met hard jodelgezang. Een lulledupke kwam naar ons toe en deze naakte en een beetje gekke man begon meteen met ons te dansen. Leuk! En dat was onze kerst! De Dani-people zijn vrolijke mensen en zingen dan ook veel. Geregeld zagen we, of hoorden we, mensen staan zingen. Ze staan dan met een groepje bij elkaar te springen, met hun gezicht naar het dal toe en jodelen en juichen zo over de bergen heen.
De laatste dag van onze trekking werd Ronald ziek. We hadden de vorige dag in de hete zon gelopen en samen met 8 nachten op de harde grond slapen werd dit toch net te veel, ook voor mij. Gelukkig was dit onze laatste dag en hoefden we niet erg ver te lopen. Toen we eenmaal terug in de bewoonde wereld waren heeft Penius 2 motors geregeld om ons terug te brengen naar de rivier waar we begonnen waren. De ladder die we op de heenweg gebruikt hadden was weg en dus werd ik al snel op de armen van 2 dragers de rivier over gedragen. Ronald, zo belabberd als dat hij was, kreeg het toch voor elkaar om deze wilde rivier lopend over te steken. Dit was dan het einde van onze trekking. Van hieruit gingen we met de auto terug naar ons hotel en na een warm bad is Ro meteen gaan slapen op een lekker dik matras!! ZALIG!! (---commentaar van Ronald)
Die avond gingen we zaken afhandelen met Penius. Onze geboekte trip zou eigenlijk nog 2 dagen doorgaan. We zouden de mummy nog gaan zien en een touristen-ceremonie meemaken. Aangezien wij al 2 echte lokale ceremonies en ook genoeg lulledupkes gezien hebben hoefden wij deze laatste niet meer te zien. Daarbij koste deze ook nog eens veel geld! De mummy, daar wilden we nog wel heen. Ronald was weer bij geslapen en opgeknapt en dus ging het ook weer. Penius moest geld hebben om zijn porters te betalen die vanaf hier niet meer mee hoefden. Helaas kregen we Amos niet te pakken en konden we dus niks afhandelen. De volgende morgen kon dit gelukkig wel. Amos vertelde ons hoeveel wij van het restbedrag aan Penius moesten betalen en daarna vertrokken we om de mummy te gaan zien. Dit was wel apart, maar het is geen mummy, maar meer een uitgedroogd skelet met een peniskoker! De mummy werd op ons verzoek uit een rieten hutje gehaald en voor ons neergezet. Hij word dus in dit rieten hutje bewaard waar continu vuur vlamt. Het lichaam, wat 275 jaar oud is, is dan ook helemaal zwart van de rook.

De volgende dag zouden we verkassen naar een ander hotel omdat ons huidige hotel te duur was. Eigenlijk hadden we het wel gezien in Wamena en wilden we naar Jayapura terug,  de hoofdstad van Papua. Ons vliegticket hiervoor stond op 3 januari maar aangezien hier alles erg makkelijk gaat zijn we naar het vliegveld gelopen om eens te kijken of we niet direct konden vliegen. En inderdaad, dit was geen probleem! En zo landden we dus op 30 december in Sentani. Bij het opwachten v/d bagage stond Amos daar op ons te wachten. Blijkbaar had Penius te horen gekregen dat we al vertrokken waren en heeft hij dit meteen door gebeld naar Amos. Het restbedrag wat we hem nog moesten betalen was precies het bedrag voor het kopen van een varken voor de touristen-ceremonie. Aangezien we deze niet meer gedaan hebben waren we niet van plan dit nog te betalen. Natuurlijk wilde Amos nog dat wij dit zouden betalen, maar gelukkig hebben we dit uiteindelijk ook niet gedaan. Hij ging er niet mee akkoord, maar we gaan hem niet spekken. En dus gingen we verder…, op naar Jayapura.

 

Oud en Nieuw
In Jayapura vonden we een hotel, niet al te duur en….. helemaal nieuw! Wat een luxe, dat was wel kaasje!!! De volgende dag gingen we op zoek naar een internet-café en al snel ontmoetten we Bernard.  Hij wees ons de weg en na een mailronde gedaan te hebben belandden we met hem in een restaurantje om wat te drinken. Het mooie was dat hij Nederlands kon! Hij vertelde ons dat er die avond (oud & nieuw) volop feest was. Overal stonden bierkraampjes en er zouden verschillende bandjes spelen. Daar hadden wij natuurlijk wel zin in!
Toen we die avond rond 22.30 uur naar buiten gingen werd er al ontzettend veel vuurwerk afgeknald. Dit was erg gebruikelijk want dat hoorden we al dagen lang. We liepen door de paar straten van deze vieze stad en eigenlijk…. was er geen zak te doen. Een jongen wilde met ons over lopen en wij dachten dat we zo nog ergens zouden komen. NIET DUS! Er waren geen live bandjes en ook geen bierkraampjes! DAMN!! Al lopende kwamen we Bernard weer tegen die zich bij ons voegde. Uiteindelijk vonden we één plek waar een band speelde. Met heel veel moeite konden we een paar flesjes bier scoren en zijn we bij de band gaan zitten. Echter, de stroom viel geregeld uit en aangezien er geen zak te doen was (ongeveer 10 man), stopte de band al snel. We probeerden nog wat bier te halen om dan maar in het hotel op te drinken, maar er was ook geen bier meer te krijgen. Meer kan ik er niet van maken, helaas! Het was een saaie oud en nieuw met ieder maar 2 (kleine) flesjes lauw bier. WAT EEN SAAI OUD EN NIEUW!! Hopelijk de saaiste ooit in ons leven!
Één januari was al niet veel beter. Alle winkels zijn natuurlijk dicht en dus is er weer geen zak te doen. We hebben deze dag dus maar benut om plannen te maken. We zijn terug gereisd naar Sentani, het hotel met wifi, en hebben internet afgezocht voor vluchten voor onze verdere reisplannen….. en geboekt!
Ook in Sentani hebben we verder niks meer gedaan. We hadden er wel de tijd voor, maar met regenachtig weer hadden we nergens meer zin in.

 

Papua algemeen
Papua is een duur land. Een goedkoop hotel kost hier maar liefst 200.000 rupi’s. En daar krijg je niet veel voor, minder dus! Papua is een mooi land met veel natuur. Ér is weinig infrastructuur wat door de overvloed van bergen en bossen ook gewoonweg niet mogelijk is. Daarom is het natuurlijk ook zo duur! De binnenlanden van Papua zijn nog duurder omdat alles hierheen gevlogen moet worden.

Meteen op het vliegveld al, naar Papua toe, zie je al verschil in het uiterlijk van de mensen. Robuustere hoofden, brede kaaklijn, diepliggende ogen…. Yep, back to the roots………….. je ziet dat ze veel meer afstammen van de apen! No affence!!! Wel zijn ze erg vriendelijk. Papua is het eerste land waar mensen een uitgebreid praatje met je willen maken zonder iets te willen, gewoon omdat ze het leuk vinden. Ook zijn er verschillende mensen, de oudere generatie, die nog Nederlands spreken. Papua is vroeger natuurlijk van NL geweest. Behalve Papuanen zie je ook veel afro-mensen, afstammelingen vanuit Africa. Rasta haren, dreadlocks e.d. Dit alles geeft een vrij gevoel. Vooral de combinatie met hoe relaxed ze zijn, doet mij denken aan de reclame van Suriname met het Fanta-busje.
Papua is in de bewoonde gedeeltes een vies land. Overal, waar je ook kijkt, ligt troep; afval! Er word heel wat afgepruimd hier, dit is een rode vrucht waar op geknauwd word. De straten liggen vol met rode spug-plekken wat er goor uitziet. 

Doordat er geen infrastructuur is kan Papua zich niet of moeilijk ontwikkelen. De mensen zijn niet of nauwelijks geschoold en dus wil de Indonesische regering mensen vanuit andere Indonesische landen laten emigreren naar Papua. Deze Indonesiers krijgen meteen hogere functies en worden daardoor gezien als buitenlanders die hun banen inpikken. Papua wil graag zelfstandig worden en hierdoor is er geregeld bonje in dit land. Tijdens ons verblijf daar is er een hoge piet vermoord die opkwam voor de Papuanezen.

 

 

1 Euro                                                                      13.500 rupi


Jayapura
Hotel                                                             200.000 rupi

Maaltijd                                                         50.000 rupi
blikje cola                                                     6.000 rupi
sigaretten                                                     5.000 rupi


Wamena
Hotel                                                             250.000 rupi
Maaltijd                                                         120.000 rupi
blikje cola                                                     20.000 rupi
sigaretten                                                     7.000 rupi

 

 

 

Sulawesi

 

We zouden vliegen van Jayapura naar Manado, in Noord Sulawesi en zo dus van Noord naar Zuid reizen. Die morgen, voor vertrek, kregen we telefoon met de mededeling dat de vlucht gecanceled was. Shit!! We konden wel naar Manado vliegen, maar dan met een tussenstop van 7 uur in Makassar. Hier hadden we echt geen zin in en dus besloten we om tot Makassar te vliegen en dan omhoog te reizen. Daar aangekomen gingen we op zoek naar een hotel. Al snel zagen we dat dit een saaie stad is waar eigenlijk geen zak te doen is. Na ingecheckt te hebben zijn we op zoek gegaan naar een cafe. Na 3 weken Papua, zonder bier, hadden we echt weer zin in een pilsje! We kwamen terecht in een straat waar wel erg veel meiden stonden. Je snapt hem al; hoeren! Hier hadden we geen zin in en dus zijn we in een zo’n fietsbakkie (hoe heten die dingen hier ook weer…??) gesprongen en hebben ons laten afzetten bij ik denk het enigste cafe in deze stad. Aaach.. lekker BIER!!
De volgende dag regende het pijpestelen en bleven we dus een beetje hangen in onze luie stand van de laatste dagen. In ons hotel lieten we ons informeren naar reistijden van de pelni-boten en over Toraja, waar we heen willen hier in Sulawesi. We wilden eigenlijk weer on-georganiseerd gaan reizen maar aangezien wij zelf nog in de luie versnelling staan en de prijs voor 7 dagen Toraja erg goed was hebben we een trip geboekt. Uiteindelijk blijven we maar een week in Sulawesi, dit is te danken aan de vertrektijden van de Pelniboot. Enigszins jammer, maar ook wel weer oke. Hoe dan ook, we hebben dit geregeld en regen of niet, we wilden toch nog wat gaan doen die dag. We zijn dus in de stromende regen naar “Fort Rotterdam” gegaan. Tja, zo’n Nederlands museum moet je in Nederlands weer bezichtigen.  Er was geen zak aan! Huizen gebouwd in Nederlandse stijl, wat oude bijltjes, porselijnen koppen en oude klederdracht van Sulawesi. Nouja, wij waren weer een uurtje verder in de dag. Daarna hebben we ons laten fietsen naar…. MacDonalds! Bah, wat zijn we toch Westers! Volgens mij lag deze aan de andere kant v/d stad en dus was de fietser onderhand net zo duur dan 1 mac-menu. Maar goed; wij hadden weer eens lekkere friet en een burger gehad! En……, het was weer 2 uur later. Gelukkig maar dat we de volgende dag weer door zouden gaan.

 

Toraja Land
De 1e dag gingen we eerst naar de markt. Hier  werden veel varkens en waterbuffels verhandeld. De buffels stonden gewoon allemaal aangebonden maar de varkens lagen vast gebonden op van bamboo gemaakte draagbeugels. Allemaal op een rijtje. De rest van de markt was een markt zoals zo vele in Azië.
Daarna gingen we naar een ceremonie. Het was een begrafenis van oma en kleindochter. Eigenlijk is het een beetje hetzelfde verhaal als de ceremonie in Papua alleen dan beschaafder. Ook hier werden veel varkens gekild, niet met pijl en boog maar ze worden gewoon met het mes dood gestoken. Wel worden er hier ook waterbuffels gedood. Deze zijn nog belangrijker dan varkens en kosten hier maar liefst 20 tot 30 miljoen rupi’s voor een gewone waterbuffel. Heb je een albino-buffel dan ben je wel heel erg rijk want deze kosten 150 tot 200 miljoen rupi’s en een vechtersbuffel koop je vanaf 100 miljoen. Waterbuffels zijn hier erg belangrijk voor een begrafenis. Hoe belangrijker de persoon in een communiy, hoe meer buffels er geofferd moeten worden. Een begrafenis is dus een dure aangelegenheid en er moet dan ook flink voor gespaard worden. Zo gebeurd het dan ook vaak dat mensen pas na jaren begraven worden. Als dit het geval is dan word het dode lichaam met een bepaalde vloeistof ingespoten om het rottingsproces en de stank tegen te gaan. Ze houden het lichaam dan gewoon in hun huis en de persoon in kwestie word als slapende gezien (tot wel 10 jaar lang). Op de ceremonie waar wij waren was de oma 1 jaar dood en de kleindochter 3 mnd. Er stonden zo’n 40 extra genummerde, van bamboo gebouwde, zitgedeeltes voor de verschillende dorpen. Één voor één werden ze opgeroepen en dan liep dat gedeelte leeg om de nabestaanden te gaan condoleren.

De volgende dag hadden we een rondrit door Toraja. Het is een mooie omgeving hier gevuld met bergen en rijstterassen. Om wat meer van de cultuur te begrijpen hadden we een gids bij ons. We hebben veel graven en Toraja-huizen gezien. Mensen worden hier dus in de rotsen begraven. Bij de begrafenis ligt een lichaam gewoon in een doodskist. Deze is mooi bewerkt met houtsnijwerk en beschilderd, heel bewerkelijk dus. Dan word deze op de laatste dag v/d ceremonie, die wel 3 of 4 dagen kan duren, op een draagplateau gezet om vervolgens naar de eindbestemming gedragen te worden. Het draagplateau is ook helemaal bewerkt zoals de kist en is eigenlijk een miniatuur van een toraja-huis, en dus redelijk groot. Er word, meestal per familie, een grot gekapt waar de overledenen in komen te liggen. Het lichaam word in een doek gewikkeld zodat dit minder ruimte in beslag neemt. Het draagplateau en de kist worden achtergelaten bij de grot want alles wat met de dood te maken heeft mag maar 1x gebruikt worden. Deze staan dus gewoon bij de graven (grotten) weg te rotten. Ligt het lichaam eenmaal in de grot dan komt er een deurtje voor. En voor deze houten deur word een tau tau geplaatst. Dit is een pop die de persoon van de overledene symboliseert. Hoe belangrijker de persoon, hoe uitbundiger. Zo zijn er tau tau’s die precies het gezicht hebben van de overledene. En er zijn kisten in de vorm van een toraja-huis, een boot dus. We hebben dus veel grotten met luikjes en tau tau’s gezien, kisten en draagplateau’s. Ook zijn we in een grot geweest waar kisten hingen van zo’n 700 tot 900 jaar oud. Deze werden opgehangen om te voorkomen dat de dieren er bij konden. Omdat de bodem’s v/d kisten weggerot zijn, zijn de skeletten op de grond gevallen en ligt de grot hier dus vol mee.
De huizen v/d Toraja zijn ook erg belangrijk. Van de buitenkant af gezien lijken ze erg groot maar eigenlijk zijn ze erg onpraktisch klein. Ze worden gebouwd op palen en hebben een dak als een boot. Het dak is enorm groot en moet door een paal ondersteunt worden. Veel mensen wonen niet eens in hun huis. Het huis is tegenwoordig meer een statussymbool om te laten zien dat je een Toraja familie bent en dat je geld hebt. Ook deze huizen zijn helemaal bewerkt met houtsnijwerk en zijn beschilderd in met name rood met geel en zwarte tinten. Op de voorkant staan altijd 2 hanen die leiderschap symboliseren. De huizen zien er mooi uit en de nog bewoonde huizen zijn voorzien van de buffel-horens om aan te geven dat er in hun familie belangrijke mensen overleden zijn.

Gisteren zijn we begonnen aan een 2-daagse trekking waar we vandaag dus van terug gekomen zijn. We hebben de nacht doorgebracht bij een familie in zo’n Toraja-huis. De wandeltocht ging over rijstvelden. Het viel nog een beetje tegen; continu loop je over de smalle graspaadjes tussen de natte rijstvelden door. Geregeld moesten we via grote rotsblokken van het ene naar het andere rijstveld toe. Aangezien het hier nu toch bijna iedere dag regent waren het slipperige modderpaadjes geworden waar je over loopt te balanceren. Ikzelf ben dan ook een paar keer uit gegleden en heb dus water gevangen en een blauwe plek op mijn been. Achja…, dat hoort erbij! Het was een mooi uitzicht; al die rijstvelden met die grote rotsen er tussendoor. Op een gegeven moment stond er een grote waterbuffel die we moesten passeren. Hij was via een ring in zijn neus met een touw vastgebonden en had hierdoor een bewegingsruimte van zo’n 20 meter. Om hem te passeren moesten we over dit touw heen stappen. Ronald vond de buffel erg groot en vroeg of ze ook wel eens mensen aanvallen. Onze gids, Anis, stapt over het touw heen en antwoord; YES, THEY DO! Op dat moment draait de buffel zich om en trekt hij zijn touw strak. Ronald kon er dus niet meteen over heen stappen.  Omdat de buffel zich omdraaide kon Ro er nu overheen stappen. De buffel stond nu naar ons toegedraaid en het was duidelijk dat hij zich aan ons irriteerde omdat wij op zijn terrein waren. Daarbij trok hij ook het touw weer strak waardoor ikzelf er niet meteen overheen kon. De buffel kwam op ons af lopen en ik paniekte een beetje. Ronald liep rustig door en ik liep snel achteruit. Door de modderige ondergrond slipte ik weg, maakte dus snelle passen en viel ik op de grond. Snel keek ik om en ik zag dat Anis het touw van de buffel vast had om hem tegen te houden. Pfffffff….!!! Snel stond ik op, pakte mijn pet en nog sneller ben ik om de buffel heen gelopen totdat we buiten zijn reikwijdte waren. Tsjongejonge….., dat was schrikken. In het algemeen doen ze niet zo veel maar als je zo’n enorm beest, een en al spieren en grote horens,  naar je toe ziet komen lopen dan schrik je echt wel!

Vandaag zijn we weer terug gelopen.  Weer via rijstvelden, maar nu ook over cacauplantages. We zien hier veel verschillende bomen/planten; papaver, papaya,  koffiebonen, cacaubonen en nog vele andere waar we de naam al niet meer van weten. Eenmaal weer terug in ons hotel zijn we naar het zwembad gegaan, hebben de was gedaan en dit verslag geschreven. Morgen hebben we hier nog een dag ter vrije besteding. De belangrijkste en mooiste dingen hebben we gezien dus wat we gaan doen en/of zien………?? Overmorgen gaan we terug bussen naar Makassar en de 13e varen we met een pelni-boot naar Flores.

 

Sulawesi algemeen
Aangezien we hier maar kort zijn en de tijd die we er zijn georganiseerd reizen hebben we niet zo’n hele goede indruk van dit land. Daarbij zijn we maar op 2 plaatsen geweest. Wat wel een feit is, is dat de mensen vriendelijk zijn. Onze georganiseerde trip is perfect verlopen. Geen gezeik  over geld en geen gids die continu om sigaretten vraagt. Nee, Anis is een prima nette vent en alles is tiptop geregeld.

 

 

1 Euro                                                                      13.500 rupi


Hotel                                                             100.000 rupi
Maaltijd                                                         50.000 rupi
Bier 640 ml.                                                 18.000 rupi
blikje cola                                                     6.000 rupi

 

--------------------------------------------------------------------------------------------------------

 

Leuk om te weten
We proberen altijd een ezelsbruggetje te maken om namen te onthouden. Soms is dit niet nodig omdat het te makkelijk is. Ik weet niet of het jullie opgevallen is maar de namen van onze laatste 2 gidsen lijken wel heel goed bij elkaar te passen. Onze gids in Papua, het land v/d lulledupkes, heette Penius. Waar lijkt dit toch op…..? De naam van onze gids hier in Sulawesi is Anis. En dat lijkt op…?
Penius & Anis kruisen elkaar………….. hahgaha!

 

Reisplannen
Azie is mooi, maar een half jaar is lang genoeg. Natuurlijk is ieder land weer anders maar er zijn genoeg dingen die veelal in heel Azie op hetzelfde neer komen. We hebben zin in nieuwe culturen en nieuwe omgevingen. Daarom hebben we besloten om iets eerder te gaan. Hierdoor komen we op tijd aan in Rio om...... te CARNAVALLEN!! (vooral een erg goede reden!)

We gaan nu, de 13e, dus met de boot naar Flores. Dan hebben we 3 ½ week om in Bali te komen. Op 8 februari vliegen we van Bali naar Bangkok en op 11 februari beginnen we de lange reis naar Rio de Janeiro. We vliegen via Frankfurt en Porte naar Rio waar we de 12e aankomen. In het geheel duurt deze trip zo’n 32 uur lang. Wel raar eigenlijk om een tussenstop in Frankfurt te hebben, zo dicht bij huis.

De foto's van Bali, Papua, en Sulawesi proberen we on line te zetten maar of dit lukt...?!

Anders volgen deze nog.

 

 

……………………………………………………………………………………….

 

Sieb
Nog gefeliciteerd met je verjaardag!!


Theo & Gonnie
Proficiat met jullie 25-jarig huwelijk.


Frans & Yvonne
Zijn jullie weer op wintersport geweest?


PP & Loes
Hebben jullie een toffe week gehad in France?

Chiwawa
Helaas konden we je sms-je niet openen, but thanks!


Cor
We gaan carnavallen in Rio….! Heb je nog tips?

 

Foto’s

5 Reacties

  1. Ed en Henriette:
    11 januari 2010
    Ha reizigers,

    ik heb weer genotenv an jullie verslag. Volgens mij is het wel geheel anders dan Indo-china? Geniet nog in Bali? En is carnaval in Rooy en Reuzesteyn niet beter dan Rio???
  2. Cor:
    11 januari 2010
    Ik ga heel snel voor jullie uitzoeken hoe en wat.
    Ik ga iemand bellen die daar contacten heeft en daar ook vaak carnaval viert bij een sambaschool.
    Ik laat jullie snel iets weten.
    Ik wou dat ik er bij is helemaal super.
    Ik weet wel dat in Salvador de Bahia het straatcarnaval geweldig is om mee te maken.
    Maar dat ligt veel noordelijker dan Rio.
    In Rio moet je proberen of je kaarten kunt krijgen voor het sambadromo dan zie die bekende parade van scholen en danseressen.
    Let op ga niet op eigen houtje de sloppenwijken in doe dat alleen onder leiding van een betrouwbare gids anders is het levensgevaarlijk.

    Je hoort snel van mij groetjes Cor en Mechie
  3. Niels & Ilona:
    27 januari 2010
    Nog een gelukkig nieuwjaar en veel plezier in zuid america
  4. Duke en Kane:
    29 januari 2010
    Ha Marielle en ronald,

    Wanneer komen jullie weer terug,
    want we beginnen jullie weer te missen.
    De foto's met de varkens vonden we wel gaaf,
    waarom vinden jullie het leuk om zo ver te reizen?
    waarom willen jullie al die dieren zien, ze hebben toch ook gewoon een dierentuin.
    Wij gaan binnenkort lekker carnaval vieren,

    Doei, Duke en kane,
  5. manolito:
    3 maart 2010
    nog proficiat en drink er maar een paar op
    en geniet er van
    mzzl lito